naar hoofdtekst gaan

Stille instelling

Schakel deze functie in als u het geluidsniveau van de printer wilt beperken, bijvoorbeeld wanneer u 's nachts afdrukt.

Volg de onderstaande procedure om de instellingen op te geven.

  1. Controleer of de printer is ingeschakeld.

  2. Druk op de knop OK.

  3. Selecteer Apparaatinstellingen (Device settings).

  4. Selecteer Andere apparaatinstellingen (Other device settings).

  5. Selecteer Stille instelling (Quiet setting).

  6. Selecteer om het AAN/UIT te schakelen.

    Wanneer Stille instelling (Quiet setting) is ingeschakeld, kunt u het geluid van de printer tijdens het afdrukken verminderen.

Belangrijk

  • Wanneer Stille instelling (Quiet setting) is ingeschakeld, is de werkingssnelheid lager dan wanneer deze is uitgeschakeld.

  • Deze functie is mogelijk minder effectief, afhankelijk van de instellingen van de printer. Bovendien worden bepaalde geluiden niet verminderd, zoals wanneer de printer wordt voorbereid op afdrukken.

Opmerking

  • U kunt de stille modus instellen via het bedieningspaneel van de printer of het printerstuurprogramma. Ongeacht hoe u de stille modus instelt, wordt de modus toegepast wanneer u bewerkingen uitvoert via het bedieningspaneel van de printer of als u afdrukt en scant vanaf de computer.

  • Voor Windows kunt u de stille modus instellen via ScanGear (scannerstuurprogramma).